De opdracht
maakt een nieuw afbeeldingsvenster voor de huidige afbeelding aan, dat u anders kunt instellen dan de bestaande weergave. U kunt meerdere weergaven van elke afbeelding maken, genummerd .1, .2, enz., maar alleen de zoomfactor en andere weergave-opties kunnen verschillen. Alle wijzigingen, behalve de weergavewijzigingen, die u in het ene venster aanbrengt, verschijnen ook in de andere schermen die dezelfde afbeelding tonen. De nieuwe weergaven zijn geen afzonderlijke afbeeldingsbestanden; het zijn gewoon verschillende aspecten van hetzelfde beeld. U kunt bijvoorbeeld meerdere weergaven gebruiken als u met een hoge zoomfactor aan afzonderlijke pixels werkt. U kunt dan de effecten zien die uw wijzigingen op de afbeelding zouden hebben op een normale grootte.