Het gereedschap Klonen gebruikt het huidige penseel om een afbeelding of patroon te kopiëren. Het heeft veel mogelijkheden: een van de meest belangrijke is om probleemgebieden in digitale foto's te repareren, door “er overheen te tekenen” met gegevens van beeldpunten uit andere gebieden. Deze techniek duurt even om te leren, maar in de handen van een ervaren gebruiker is hij heel krachtig. Een ander belangrijke mogelijkheid is om lijnen of bogen met patronen te tekenen: bekijk Patronen voor voorbeelden.
Als u wilt klonen vanaf een afbeelding, in plaats vanaf een patroon, moet u GIMP vertellen vanaf welke afbeelding uw wilt kopiëren. U doet dat door de Ctrl-toets ingedrukt te houden en te klikken op de gewenste afbeelding. Totdat u de bron op deze manier hebt ingesteld, zult u niet in staat zijn te tekenen met het gereedschap Klonen: de cursor van het gereedschap laat u dat weten door weer te geven .
Als u kloont vanuit een patroon, wordt het patroon getegeld; dat wil zeggen, wanneer het punt dat u kopieert voorbij een van de randen beweegt springt het naar de tegenovergestelde rand en gaat verder, alsof het patroon naast en onder elkaar steeds wordt herhaald. Wanneer u vanuit een afbeelding kloont, gebeurt dit niet: als u verder gaat dan een rand van de bron stopt het gereedschap Klonen met wijzigingen te produceren.
U kunt klonen vanaf elke tekenbare (dat is, elke laag, laagmasker of kanaal) naar elke andere tekenbare. U kunt zelfs klonen naar of vanaf het selectiemasker, door te schakelen naar de modus Snelmasker. Als dat betekent het kopiëren van kleuren die het doel niet ondersteunt (bijvoorbeeld klonen vanaf een laag RGB naar een Geïndexeerde laag of een laagmasker), dan zullen de kleuren worden geconverteerd naar de dichtstbij mogelijke benaderingen.
U kunt het gereedschap op verschillende manieren activeren:
Vanuit het hoofdmenu:
→ → .Door te klikken op het pictogram van het gereedschap in de Gereedschapskist.
Door de sneltoets C op het toetsenbord in te drukken.
Zie de hulptoetsen van de Tekengereedschappen voor een beschrijving van hulptoetsen die hetzelfde werken bij alle Verfgereedschappen.
De Ctrl-toets wordt gebruikt om de bron te selecteren, als u kloont vanaf een afbeelding: het heeft geen effect als u kloont vanaf een patroon. U kunt klonen vanaf elke laag of elke afbeelding, door te klikken op de weergave van de afbeelding, met de Ctrl-toets ingedrukt, terwijl de laag actief is (zoals weergegeven in het dialoogvenster Lagen). Als Uitlijning is ingesteld op Geen, Uitgelijnd of Vast in de gereedschapsopties, dan wordt het punt waar u op klikt, het beginpunt voor het klonen: de afbeeldingsgegevens van dat punt zullen worden gebruikt als u de eerste keer gaat tekenen met het gereedschap Klonen. In de modus voor het selecteren van de bron, wijzigt de cursor naar een symbool van een dradenkruis .
Normaal gesproken worden gereedschapsopties weergegeven in een venster dat is gekoppeld onder de Gereedschapskist, zodra u een gereedschap activeert. Als dat niet zo is, kunt u er toegang toe krijgen vanuit het hoofdmenu met
→ → , dat het venster met de gereedschapsopties voor het geselecteerde gereedschap opent.De keuze die u hier maakt, bepaalt of gegevens worden gekopieerd uit het geselecteerde patroon of uit een van de afbeeldingen die u hebt geopend.
Als u Afbeeldingkiest als bron, moet u GIMP aanwijzen welk punt in welke laag u als bron wilt gebruiken, door erop te Ctrl-klikken, voordat u met het gereedschap kunt tekenen.
Samengevoegd monsteren: Als u deze optie inschakelt, wordt het nemen van de monsters niet alleen berekend uit de waarden van de actieve laag, maar uit alle zichtbare lagen.
Voor meer informatie, bekijk het item in de woordenlijst.
Klikken op het symbool van het patroon brengt het dialoogvenster Patronen naar voren, dat u kunt gebruiken om het patroon te selecteren om mee te tekenen. Deze optie is alleen relevant als u kloont vanuit een bron Patroon.
De uitlijning bepaalt de relatie tussen de positie van het penseel en de positie van de bron.
In de volgende voorbeelden gebruiken we een bronafbeelding waarin het te klonen monster wordt genomen en een doelafbeelding waarin het voorbeeld wordt gekloond (het kan een laag in de bronafbeelding zijn)
In deze modus wordt elke penseelstreek afzonderlijk afgehandeld. Voor elke streek wordt het punt, waar u het eerst klikte, gekopieerd uit de originele bron; er is geen relatie tussen de ene streek en de andere. In niet uitgelijnde modus zullen verschillende penseelstreken gewoonlijk botsen als zij elkaar kruisen.
Voorbeeld hieronder: Bij elke nieuwe penseelstreek gaat de bron terug naar zijn eerste positie. Hetzelfde monster wordt altijd gekloond.
In deze modus zal de eerste klik die u maakt, als het tekenen de verschuiving instelt tussen de bron van het origineel en het gekloonde resultaat, en alle opvolgende penseelstreken dezelfde verschuiving gebruiken. Dus, u mag net zoveel penseelstreken maken als u wilt en zij zullen allemaal netjes mazen vormen met elkaar.
Wilt u de verschuiving wijzigen dan selecteert u een nieuwe bron door te klikken met de Ctrl-toets ingedrukt.
In het voorbeeld hieronder, met elke nieuwe penseelstreek, behoudt de bron dezelfde verschuiving als die het had met de vorige penseelstreek. Er is dus geen verschuiving voor klonen voor de eerste penseelstreek. Hier, voor de volgende streken, eindigt de bron buiten het canvas van de bronafbeelding; daarom het afgebroken aanzicht.
De modus “Geregistreerd” is anders dan de andere modi voor uitlijning. Wanneer u kopieert vanaf een afbeelding, zal een Ctrl-klik een nieuwe bronlaag registreren. Daarna zal het tekenen op een doellaag elk corresponderend beeldpunt klonen (beeldpunt met dezelfde verschuiving) vanuit de bronlaag. Dat is nuttig als u delen van een afbeelding uit de ene laag wilt klonen naar een andere laag in dezelfde afbeelding. (Maar onthoud dat u ook kunt klonen vanuit een afbeelding naar een andere afbeelding.)
Met elke penseelstreek adopteert de bron de positie van de muisaanwijzer in de doellaag. In het volgende voorbeeld is de doellaag kleiner dan de bronlaag; dus, er is geen afgebroken aanzicht.
Met het gebruiken van deze modus zult u tekenen met de originele bron, anders dan in de modi Geen of Uitgelijnd, zelfs bij het tekenen van een lijn. De bron zal niet worden verplaatst.
Zie dat de bron vast blijft. Hetzelfde kleine monster wordt op een strakkere manier overal identiek gereproduceerd:
Deze optie geeft een harde omtrek aan het gekloonde gebied.
De effecten van het gereedschap Klonen op transparantie zijn een beetje gecompliceerd. U kunt geen transparantie klonen: als u probeert te klonen vanuit een transparante bron, gebeurt er niets in het doel. Als u kloont vanuit een gedeeltelijk transparante bron, wordt het effect gewogen door de dekking van de bron. Dus, uitgaande van 100% dekking en een hard penseel:
Het klonen van doorschijnend zwart op wit produceert grijs.
Het klonen van doorschijnend zwart op zwart produceert zwart.
Het klonen van doorschijnend wit op wit produceert wit.
Het klonen van doorschijnend wit op zwart produceert grijs.
Klonen kan nooit transparantie verhogen, maar, tenzij “transparantie behouden” is ingeschakeld voor de laag, het kan het verlagen. Klonen van een ondoorzichtig gebied op een doorschijnend gebied produceert een ondoorzichtig resultaat; klonen van een doorschijnend gebied op een ander doorschijnend gebied zorgt voor een verhoging van de dekking.
Er zijn een aantal, niet zo voor de hand liggende manieren, om met het gereedschap Klonen krachtige effecten te verkrijgen. Een ding dat u kunt doen is om “penselen Filter” te maken, dat is, het effect maken van het toepassen van een filter met een penseel. Dupliceer, om dit te doen, de laag waarop u wilt gaan werken en pas het filter toe op de kopie. Activeer dan het gereedschap Klonen, stel Bron in op “Afbeelding” en Uitlijning op “Geregistreerd”. Ctrl-klik op de gefilterde laag om die in te stelen als de bron en teken op de originele laag: u zult dan in feite de gefilterde afbeeldingsgegevens tekenen op de originele laag.
U kunt een soortgelijke benadering gebruiken om “Geschiedenis penseel” van Photoshop te imiteren, wat u in staat stelt selectief wijzigingen Ongedaan te maken of Opnieuw uit te voeren met een penseel. Begin, om dit te doen, met het dupliceren van de afbeelding; dan, in het origineel, ga terug naar de gewenste status in de geschiedenis van de afbeelding, ofwel met Ongedaan maken of door het dialoogvenster Geschiedenis Ongedaan maken te gebruiken. (Dit moet worden gedaan in het origineel, niet de kopie, omdat het dupliceren van een afbeelding niet de geschiedenis van Ongedaan maken dupliceert.) Activeer nu het gereedschap Klonen, stel Bron in op “Afbeelding” en Uitlijning op “Geregistreerd”. Ctrl-klik op een laag uit een afbeelding en teken op de corresponderende laag van de andere afbeelding. Afhankelijk van hoe u dit doet, geeft dit u ofwel een “penseel Ongedaan maken”, of een “penseel Opnieuw uitvoeren”.