To access these tools, select
→ from the main menu.Selectie gereedschappen zijn ontworpen om gebieden uit afbeelding of lagen te selecteren zodat u op deze kan werken zonder de overige niet geselecteerde delen te beïnvloeden. Ieder gereedschap heeft zijn eigen individuele eigenschappen, maar de selectie gereedschappen delen ook een aantal eigenschappen en mogelijkheden. Deze gedeelde mogelijkheden worden hier beschreven; de variaties worden voor elk gereedschap specifiek behandeld in de volgende secties. Mocht u op dit moment nog meer informatie behoeven omtrent het begrip “selectie” en de betekenis ervan in GIMP, kijkt u dan vooral nog eens bij De selectie.
This category includes the following tools:
Het Pad gereedschap kan op een bepaalde manier ook beschouwd worden als een Selectie gereedschap: elk gesloten pad kan geconverteerd worden naar een selectie. Het Pad gereedschap kan echter veel meer, en heeft ook niet dezelfde eigenschappen als de andere Selectie gereedschappen. Het Pad gereedschap wordt beschreven in een eigen hoofdstuk.
Het gedrag van de Selectie gereedschappen verandert als u de Ctrl, Shift en/of Alt toetsen ingedrukt houdt tijdens het gebruik van de Selectie gereedschappen.
Opmerking | |
---|---|
Gevorderde gebruikers waarderen de sneltoetsen zeer, maar voor beginners zijn ze vaak verwarrend. Gelukkig zijn de eigenschappen vaak ook aan te passen via knoppen in het Gereedschapsvenster in plaats van de sneltoetsen te gebruiken. Het aanpassen via de knoppen wordt verderop besproken. |
Tijdens het maken van een selectie kan het vasthouden van de Ctrl toets twee verschillende uitwerkingen hebben, afhankelijk de manier waarop u het doet:
Houdt u de toets vast voordat u de indrukt om de selectie te beginnen, dan zal deze nieuwe selectie werken in de modus om de selectie toe te voegen, zolang als u de vast houdt.
Drukt u de Ctrl toets pas in nadat u de selectie begonnen bent door middel van een muisklik, dan is het effect afhankelijk van het exacte gereedschap dat u op dit moment gebruikt.
Houdt u de Alt ingedrukt dan kunt u de huidige selectie verplaatsen. Let wel, hiermee verplaatst u de selectie (dus het gebied dat geselecteerd is) maar niet de inhoud van de selectie. Als de hele afbeelding verplaatst moet worden in plaats van alleen de selectie, probeert u dan Shift+Alt.
Tijdens het maken van een selectie kan het vasthouden van de Shift toets twee verschillende uitwerkingen hebben (net zoals de Ctrl toets), afhankelijk de manier waarop u het doet:
Houdt u de toets vast voordat u de indrukt om de selectie te beginnen, dan zal deze nieuwe selectie werken in de modus om de nieuwe selectie van de huidige selectie af te trekken, zolang als u de vast houdt.
Drukt u de Shift toets pas in nadat u de selectie begonnen bent door middel van een muisklik, dan is het effect afhankelijk van het exacte gereedschap dat u op dit moment gebruikt.
Het gebruik van de Ctrl+Shift toetsen samen kan verschillende uitwerkingen hebben, ook weer afhankelijk van het gebruikte gereedschap. Standaard is het zo dat het gereedschap zal werken in snij modus. Dit houdt in dat zodra de gebruiker de huidige selectie afmaakt, de nieuwe selectie zal bestaan uit de intersectie (het gezamenlijke deel) van de oude selectie en de zojuist door de gebruiker gemaakte selectie. Ook het loslaten van een van de twee toetsen Ctrl of Shift kan verschillende uitwerkingen hebben. Het is nu dan ook een goed moment voor u om hier wat mee te experimenteren, zodat u een goede intuïtie krijgt voor het effect van de verschillende toetsen bij het indrukken en loslaten van de .
Ctrl+Alt+ and Shift+Alt+ worden gebruikt om een selectie te verplaatsen. Zie ook Paragraaf 2.1, “Moving or Resizing a Selection”.
Pressing the Space bar while using a selection tool transforms this tool into the Navigation cross as long as you press the bar, allowing you to pan around the image instead of using the scroll-bars when your image is bigger than the canvas. This is the default option: in the Image Windows preferences you can toggle the Space bar to the Move tool.
Een aantal gereedschapsopties zijn hetzelfde voor alle Selectie gereedschappen; deze zullen we hier beschrijven. Opties die slechts voor enkele gereedschappen gelden, of die verschillend werken op verschillende Selectie gereedschappen, zullen beschreven worden in de secties voor die gereedschappen zelf. De huidige instellingen voor de opties kunnen ten alle tijde gezien worden in het Gereedschap Opties venster. Het wordt aangeraden dit venster altijd open te houden. Om de interface consistent te houden worden alle opties getoond voor elk Selectie gereedschap, ook al heeft de optie geen enkele invloed op de werking van dat gereedschap.
De Modus bepaalt de manier waarop de selectie die u maakt gecombineerd wordt met de al bestaande selectie. Deze opties komen overeen met de al beschreven sneltoetsen. Zoals gezegd maken gevorderde gebruikers meestal gebruik van de sneltoetsen, omdat deze sneller werken. Voor beginners is het echter gemakkelijker om de modus knoppen te gebruiken.
De vervang modus zorgt ervoor dat de huidige selectie verwijderd wordt, en vervangen door de nieuwe selectie wanneer deze nieuwe selectie gemaakt wordt.
De modus toevoegen aan huidige selectie zorgt ervoor dat de nieuwe selectie toegevoegd wordt aan de eerdere selectie. De nieuwe selectie en de huidige selectie vormen dan samen een geselecteerd gebied.
De modus om de selectie van de huidige selectie af te trekken doet precies dat: het resultaat is het gebied van de huidige selectie dat niet in de nieuwe selectie zit.
In de modus doorsnede met huidige selectie bestaat het resultaat uit het overlappende gedeelte van de huidige selectie en de nieuwe selectie.
Deze optie heeft maar op enkele van de Selectie gereedschappen effect: de rand van de selectie zal vloeiender gemaakt worden als deze optie aanstaat. Zonder glad maken kan (met name een niet-rechte) rand erg hoekig worden, Randen glad maken maakt deze hoeken minder scherp, oftewel vloeiender.
Met de zachte randen optie ingeschakeld wordt de rand van de selectie vervaagd, door de punten rondom deze rand slechts gedeeltelijk te selecteren. Meer informatie over Zachte randen vindt u in het betreffende hoofdstuk.
Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt een optie Straal weergegeven. De standaardwaarde is 10 pixels: hogere beeldresolutie, hogere straal.